Aannames die in de 21st century naar voren komen zijn:
- De maatschappij verandert.
- ICT neemt taken over.
- Mensen zijn nodig voor complexe taken.
- Interpretatie van informatie.
- Jongeren worden opgeleid voor banen die nog niet bestaan.
Het onderwijs zal op verschillende manier veranderen. Zo is in het plaatje te zien welke zaken er in het onderwijs belangrijk zijn in de 21e eeuw. Zo als je kunt zien blijven de hoofdvakken taal en rekenen belangrijk.
Maar ook andere onderdelen van het onderwijs veranderen. Hoe wordt je onderwijs ingericht? Is het nog leerkracht gestuurd of zelfonderzoekend? Wat voor werkvormen gebruik je? Ben je bezig met doelgerichtheid, een duidelijk kader en/of vakoverstijgend? Wat voor leertheorie gebruik je zoals de constructivistische leertheorie. Hierbij ben je leerling gestuurd bezig, kenniscontructie, opbrengste zit in het proces en de rolvan de leraar is begeleidend.
1) Voor onderwijs in de 21e eeuw is meer geld nodig. Wat vind jij?
Voor de 21st century skills is niet meer geld nodig. Als je onderwijs in de 21r eeuw afzet tegen dat van de 20e eeuw denken wij niet dat er meer geld nodig is maar dat er een verschuiving plaatsvindt in het bestedingspatroon.
2) Feedback van de leraar moet gericht zijn op het resultaat uit de samenwerking en minderen op het proces.
Het proces is net zo belangrijk als het resultaat. Wanneer er namelijk samengewerkt en alleen het resultaat belangrijk is, gaan kinderen de taken verdelen naar hun kwaliteiten, zodat het eindresultaat goed is.
3) Vakoverstijgend werken is het meest effectief om het probleemoplossend vermogen van leerlingen te ontwikkelen.
Je kan meervoudige intelligentie inzetten bij een project wanneer er vakoverstijgend wordt gewerkt.
4) Ouders hebben de grootste verantwoordelijkheid voor de ontwikkeling van sociale vaardigheden van leerlingen.
De ouders houden de grootste verantwoordelijkheid, maar als leerkracht ben je ook verantwoordelijk. Dit kan zicht uitten in lessen in sociale vaardigheden in de klas of een gesprek met de ouders wanneer zij niet genoeg verantwoordelijkheid nemen. De verantwoordelijkheid is afhankelijk van de locatie waar je bent. Is je kind op school dan ligt de grootste verantwoordelijkheid bij school, maar de eindverantwoordelijkheid en de verantwoordelijkheid voor een goede basis blijft de ouder.
5) Informele communicatiemiddelen zijn slecht voor de formele communicatie.
Informele communicatiemiddelen is slecht voor de formele communicatie wanneer deze informele middelen gebruikt worden op het moment dat formele communicatie gebruikt kan worden. De autocorrectie die op verschillende middelen zit zorgt ervoor dat leerlingen hun taalvaardigheden minder goed ontwikkelen.
6) Kritisch denken is een voorwaarde om te leren.
Deze stelling zegt eigen dat je, wanneer je niet kritisch denkt, je niet leert. Wij denken dat het zorgt dat het leerproces meer van de leerling wordt en je beter leert.
7) internet maakt leerlingen lui in hun leerproces.
Internet als zoekmiddel vergemakkelijkt het leerproces.
8) Orde en structuur beperken het creatief vermogen.
Het ligt eraan of je orde en structuur aan de opdracht geeft of aan de omgeving. Stappenplannen helpen et creatief vermogen niet, kaders scheppen wel.
J, Voogt., N,P, Roblin. (2010). Discussienota 21st Century Skills. Geraadpleegd op 25-02-2015 http://www.21stcenturyskills.nl/onderzoek/